Category:Dutch separable verbs with aan
Newest and oldest pages |
---|
Newest pages ordered by last category link update: |
Oldest pages ordered by last edit: |
Dutch separable verbs with the particle aan.
Jump to: Top – A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z |
Pages in category "Dutch separable verbs with aan"
The following 200 pages are in this category, out of 222 total.
(previous page) (next page)A
- aanaarden
- aanademen
- aanbaffen
- aanbakken
- aanbehoren
- aanbelanden
- aanbellen
- aanbenen
- aanbermen
- aanbesteden
- aanbesterven
- aanbetalen
- aanbetreffen
- aanbetrouwen
- aanbevelen
- aanbieden
- aanbijten
- aanbinden
- aanblaffen
- aanblazen
- aanblijven
- aanbouwen
- aanbraden
- aanbranden
- aanbreken
- aanbrengen
- aanbruisen
- aanbrullen
- aandienen
- aandikken
- aandissen
- aandoen
- aandragen
- aandrentelen
- aandribbelen
- aandrijven
- aandringen
- aandrukken
- aanduiden
- aandurven
- aanduwen
- aanerven
- aanfluiten
- aanfruiten
- aangaan
- aangeven
- aanglijden
- aangluren
- aangooien
- aangorden
- aangrenzen
- aangrijnzen
- aangrijpen
- aangrinniken
- aangroeien
- aanhalen
- aanhangen
- aanhebben
- aanhechten
- aanhelpen
- aanhijgen
- aanhijsen
- aanhikken
- aanhitsen
- aanhopen
- aanhoren
- aanhouden
- aanhuilen
- aanjagen
- aanjuichen
- aankaarten
- aankakken
- aankijken
- aanklagen
- aanklampen
- aankleden
- aanklikken
- aankloppen
- aankloten
- aanknopen
- aankoeken
- aankomen
- aankondigen
- aankooien
- aankopen
- aankruisen
- aankunnen
- aankwispelen
- aanlachen
- aanlappen
- aanlassen
- aanleggen
- aanlengen
- aanleren
- aanleveren
- aanlichten
- aanliggen
- aanlijmen
- aanlijnen
- aanlonken
- aanlopen
- aanmaken
- aanmanen
- aanmelden
- aanmeren
- aanmerken
- aanmoedigen
- aannaaien
- aannaderen
- aannemen
- aannopen
- aanpakken
- aanpappen
- aanpassen
- aanplakken
- aanplanten
- aanpraten
- aanprijzen
- aanraden
- aanraken
- aanranden
- aanreiken
- aanrekenen
- aanrennen
- aanrichten
- aanrijden
- aanroepen
- aanroeren
- aanschaffen
- aanschellen
- aanscherpen
- aanschieten
- aanschrappen
- aanschreeuwen
- aanschrijven
- aanschroeven
- aanschudden
- aanschuiven
- aanslaan
- aanslepen
- aanslijken
- aanslingeren
- aansluiten
- aansmeden
- aansmelten
- aansmeren
- aansnellen
- aanspannen
- aanspelden
- aanspelen
- aanspijkeren
- aanspinnen
- aanspoelen
- aansporen
- aanspreken
- aanstampen
- aanstaren
- aansteken
- aanstellen
- aansterven
- aanstippen
- aanstoffen
- aanstoken
- aanstormen
- aanstoten
- aanstrepen
- aanstrikken
- aanstrompelen
- aansturen
- aansullen
- aantalen
- aantasten
- aantekenen
- aantijgen
- aantillen
- aantokkelen
- aantonen
- aantreden
- aantreffen
- aantrekken
- aanvallen
- aanvangen
- aanvaren
- aanvatten
- aanvechten
- aanversterven
- aanvertrouwen
- aanvinken
- aanvliegen
- aanvoeden
- aanvoegen
- aanvoelen
- aanvoeren
- aanvragen
- aanvreten
- aanvullen
- aanvuren
- aanwaaien
- aanwakkeren
- aanwassen